“Wie eerlijk leeft, heeft zijn onkreukbaarheid als gids,
wie onbetrouwbaar is, gaat aan zijn oneerlijkheid ten onder.”
Spreuken 11:3
Hoeveel dat loont om water bij de wijn te doen.
Om de waarheid te verdunnen, om het met oprechtheid niet zo nauw te nemen.
Want laten we eerlijk zijn: hoeveel is in het leven puur, onverdund, echt? Om maar te zwijgen hoeveel moeite het kost om volkomen onvervalst te zijn,
om volslagen zuiver te leven.
Want hoe gaat dat. Zolang het duurt kunnen we
de schone schijn ophouden, zolang niemand het door heeft mogen we mooi weer spelen.
Maar wat als de realiteit ons laat zien welke kleren
de keizer draagt? Wat als de werkelijkheid ons
in het hemdje laat staan?
Verbergen we ons dan achter schuld en schaamte? Verstoppen we ons dan in bluf en pocherij?
Of geven we toe dat we soms zo listig lijken als geagiteerde slangen? Of erkennen we dat we en af toe zo onnavolgbaar zijn als rusteloze kameleons?
Jan Spoelstra