Ik denk dat 50% van de mensen boven de 12 jaar eigenwijs is en dat die andere 50% nog in de ontkenningsfase zit. Ikzelf zit in de eerste groep trouwens, zoals ook dit stukje laat zien.
Maar wat is dat eigenlijk: eigenwijs? Heel letterlijk is dat natuurlijk dat je de zgn. wijsheid bij jezelf zoekt of ervan uitgaat dat jij het minstens zo goed weet als ieder ander. Maar ik proef ook een diepere dimensie, nl. dat je niet klakkeloos overneemt wat een ander zegt of beweert, hoe deskundig je hem of haar ook acht, maar dat je nadenkt over zo’n uitspraak. En bij dat nadenken gebruik je je eigen wijsheid, die je ooit ergens opgedaan hebt.
Zo’n vorm van eigenwijsheid proef ik bij de joden in Berea (Handelingen 17:11). Daar staat:
“De joden in Berea waren welwillender dan die in Tessalonica, want ze luisterden vol belangstelling naar hun verkondiging en bestudeerden dagelijks de Schriften om te zien of het inderdaad waar was wat er werd gezegd.”
Wij erkennen Paulus als een gezaghebbend persoon en zijn daarom geneigd alles wat hij zegt of schrijft een hoog waarheidsgehalte toe te kennen. In zijn eigen tijd was hij echter nog lang niet een vooraanstaand persoon. (Even later in Athene noemen sommigen hem zelfs “praatjesmaker”.)
Waarom schrijf ik dit? Lange tijd was wat er stond, vooral in de brieven van Paulus, 100% wet en evangelie. De laatste jaren is daar een element bij gekomen wat ik herken als de nieuwsgierigheid van de joden in Berea, nl. of wat Paulus schrijft zonder meer ook vandaag letterlijk geldt. De gedachte dat je rekening moet houden met de cultuur waarin Paulus en anderen schrijven, leidt ertoe dat je teksten anders gaat lezen dan “vroeger” en gaat toetsen “om te zien of het inderdaad waar was wat er werd gezegd”.
Dan terug naar die eigenwijsheid. Om dit toetsen op een verantwoorde en veilige manier te kunnen doen, moet je wel de juiste bronnen (of beter de juiste Bron) gebruiken. God heeft Zich op vele manieren laten kennen in de Bijbel. Ik noem het gebod “geen andere goden” een ultieme liefdesverklaring, waarin er geen plaats is voor een derde partij. Vanuit die openbaring en vanuit dat liefde-aanbod mag je alle overige wetten en regels interpreteren met als uitgangspunt dat wij maar kleine mensjes zijn en Hij de Almachtige is, waar geen enkel menselijk woord of begrip op past.
Ik hoop en bid dat bij alle vragen van deze tijd dit het uitgangspunt blijft: God is geen mens, Hij oordeelt en beoordeelt niet met regeltjes, waarop wij (mensen) Hem zouden kunnen narekenen, maar heeft Wijsheid bij Zichzelf, zoals mooi tot uitdrukking komt in het boek Spreuken. Welke vraag er vandaag de dag ook speelt en waarop antwoorden gezocht moeten worden, laat Gods liefde de richting wijzen en laat onze antwoorden die liefde beantwoorden. Het kunnen onderscheiden is ook een gave van de Geest! En:
“Geliefde broeders en zusters, vertrouw niet elke geest. Onderzoek altijd of een geest van God komt, want er zijn veel valse profeten in de wereld verschenen.” (1 Joh. 4:1)
Koos Lange