Het lijkt wel of de rampen en verschrikkelijke gebeurtenissen elkaar steeds sneller opvolgen.
Aardbevingen in Syrië en Turkije, en zeer recent weer in Afghanistan, voortdurende oorlogshandelingen in Oekraïne, raketaanvallen door Hamas en door Israël, telkens met honderden en zelfs duizenden doden en een verwoeste leefomgeving.
Ook in kleinere omvang horen en lezen we van schokkende gebeurtenissen, moorden, aanslagen, misbruik, …..
Moet dat allemaal dan zomaar doorgaan? Komt er dan geen einde? Bidden we dan voor niets “Maranatha”? Is er geen ontkomen aan?
Jezus zegt tegen zijn discipelen: “Jullie zullen berichten horen over oorlog en oorlogsdreiging. Laat dat je dan niet verontrusten, die dingen moeten namelijk gebeuren, al is daarmee het einde nog niet gekomen. Het ene volk zal tegen het andere ten strijde trekken en het ene koninkrijk tegen het andere, en overal zullen hongersnoden uitbreken en aardbevingen plaatsvinden: dat alles is het begin van de weeën.” (Matteüs 24:6-8)
Het zal voor de discipelen best een ontnuchterend antwoord zijn geweest; zij dachten op dat moment nog aan een wereld veroverende koning Jezus, en vol verwachting hadden ze dan ook aan Jezus gevraagd: “Vertel ons, wanneer zal dat allemaal gebeuren en aan welk teken kunnen we uw komst en de voltooiing van deze wereld herkennen?”
Maar in plaats van een triomfantelijke voorspelling over de nederlaag van alle aardse machten horen ze een voorspelling van oorlogen, hongersnoden en aardbevingen; en als Jezus verdergaat met deze rede horen ze zelfs dat ze vervolgd en gehaat en gedood zullen worden. De wetteloosheid zal toenemen, de liefde bekoelen.
Een zwart schilderij zet Jezus neer; dat is de toekomst zoals Hij die kent, een dal van diepe duisternis. We herkennen in het dagelijks nieuws de donkere lijnen van dat schilderij en zoeken naar antwoorden: Waarom? Hoe lang nog?
Het waarom lezen we in Genesis 3: de zondeval en Gods antwoord daarop.
Hoe lang nog? Niemand weet wanneer die dag en dat moment zullen aanbreken, ook de hemelse engelen en de Zoon niet, alleen de Vader weet het. Maar er is wel uitzicht: Pas als het goede nieuws van het koninkrijk in de hele wereld wordt verkondigd als getuigenis voor alle volken, zal het einde komen.
En intussen: Hou vol, blijf geloven, hopen, liefhebben. Wie standhoudt tot het einde, zal worden gered.
De titel van dit stukje bevat na het woord ellende een aantal stippen; een drieluik uit het verleden kende drie delen: ellende, verlossing en dankbaarheid. Vandaar die stippen. Het betekent ook dat er na die ellende verlossing komt (en feitelijk al gekomen is) en er dus alle reden voor dankbaarheid is, ook als er veel ellende is!
Koos Lange