Het adventsbijbelleesrooster van het NBG heeft dit jaar als thema “Licht”. Het sprak mij nogal aan en ik wil er wat van met jullie delen.
In het begin (in den beginne) was er nog geen zon, geen maan, wel duisternis. Ook toen God het licht schiep, was er nog geen zon, geen maan. De bron van het licht was God zelf. God noemt het licht “dag”. Toch was er ook duisternis, God noemt dat “nacht”. Dan laat God zijn licht (Zichzelf) niet zien.
En ooit, na de jongste dag, is er ook geen zon en maan meer nodig, want dan is God zelf het licht dat de wereld verlicht.
Johannes de evangelist beschrijft dit prachtig in de eerste verzen van zijn evangelie: “In het Woord was leven en het leven was het licht voor de mensen. Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet in haar macht gekregen.” En iets verderop schrijft hij dat Johannes de Doper profeteerde over de komst van Jezus als “het ware licht, dat ieder mens verlicht en naar de wereld kwam.” Licht als beeld van wie God is, je leest het op diverse plaatsen in het oude testament, o.a. in dat mooie psalmvers (Psalm 36:10) “want bij U is de bron van het leven, door úw licht zien wij licht.”
Of in Psalm 27:1: “De HEER is mijn licht, mijn behoud, wie zou ik vrezen? Bij de HEER is mijn leven veilig, voor wie zou ik bang zijn?”
Prachtig is ook de profetie van Jesaja, waarin hij de Verlosser aankondigt: “Het volk dat in duisternis ronddoolt ziet een schitterend licht. Zij die in het donker wonen worden door een helder licht beschenen.” Jesaja 9:1 / Matteüs 4:16
Licht is “verbonden met God”, duisternis is “zonder God”. Maar ondanks dat er in Gods licht zoveel goeds is, kiezen wij toch vaak voor de duisternis, past ons leven niet bij wat God ermee bedoelt.
Jezus zelf roept jou en mij op om voor het licht te kiezen. Hij zei: ‘Ik ben het licht voor de wereld. Wie mij volgt loopt nooit meer in de duisternis, maar heeft licht dat leven geeft.’ Johannes 8:12. En verderop in Johannes 12:35: “‘Nog een korte tijd is het licht bij u,’ antwoordde Jezus. ‘Ga uw weg zolang het licht is en laat de duisternis u niet overvallen; wie in het donker loopt weet niet waar hij heen gaat. 36Geloof in het licht zolang u het licht bij u hebt, dan bent u kinderen van het licht.’”
Kerstfeest is een feest van het Licht, bewust of onbewust zie je dat terug in de vele lichtjes aan en in de huizen. Ook in de lichtjestocht mogen we iets van dat warme licht laten schijnen. In navolging van de opdracht “Zo moet jullie licht schijnen voor de mensen, opdat ze jullie goede daden zien en eer bewijzen aan jullie Vader in de hemel.” En dat stopt vast niet op 26 december, toch?
Ik wil afsluiten met de priesterzegen uit Numeri 6:
“Moge de HEER u zegenen en u beschermen, moge de HEER het licht van zijn gelaat over u doen schijnen en u genadig zijn, moge de HEER u zijn gelaat toewenden en u vrede geven.”
Vrede op aarde voor alle mensen die Hij liefheeft!
Koos Lange