Betlehem, o uitverkoren
Liedboek 498
Betlehem, o uitverkoren
stad in ’t veld van Efrata,
in u is een vorst geboren
als een nieuwe Jozua.
Koning Jezus, gloria,
Zoon van God, halleluja.
In het ondoordringbaar duister,
in onzekerheid en pijn,
in het land van licht noch luister
zal Hij onze redder zijn.
Koning Jezus, gloria,
Zoon van God, halleluja.
Hef uw hoofden, kleine mensen,
als uw nieuwe koning komt.
Hij doorbreekt de oude grenzen,
Hij maakt recht wat is gekromd.
Koning Jezus, gloria,
Zoon van God, halleluja.
Trouw en goedheid zullen wonen
in het land dat Hij bemint.
Vorsten, heersers, machten, tronen
zullen buigen voor dit kind.
Koning Jezus, gloria,
Zoon van God, halleluja.
‘Ere in de hoge’ zingen
alle engelen tezaam
voor de herder der geringen
tot de glorie van zijn naam.
Koning Jezus, gloria,
Zoon van God, halleluja.
tekst Wonno Bleij
melodie Henry John Gauntlett – IRBY
Donker
Ik zit ineengedoken in een donkere, diepe kerk. Koud en doodstil. Afwachtend. Ergens ver weg gaat een deur open. Een vlammetje flikkert. Een ijle stem klinkt. Beweegt. Meer vlammen lichten op. Meer stemmen klinken. Komen dichterbij. De blijde boodschap nadert als een lopend vuurtje. Mijn koude rilling wordt een blijde verwachting: Christus is geboren!
Festival of lessons and carols
De anglicaanse liturgische dienst in de kerstnacht heet ‘Festival of Lessons and carols’.[1] Sinds 1918 wordt deze dienst, waarin het zingen van carols wordt afgewisseld met schriftlezingen, in Engeland gehouden. Die van King’s College Cambridge is voor ons het meest bekend. In de loop van de tijd zijn ook in Nederland ‘festivals’ ontstaan. Dit kwam doordat Nederlandse (jongens)koren verbonden raakten met Engelse. Een festivalviering begint vrijwel altijd met de carol: Once in Royal David’s city. Het lied van de maand: ‘Betlehem, o uitverkoren’, is gestoeld op dat lied. Het is geen vertaling van dit lied, de dichter Wonno Bleij maakte er een vrije bewerking van. Het thema sluit aan op het derde artikel van de apostolische geloofsbelijdenis: ‘Die ontvangen is van de Heilige Geest en geboren uit de maagd Maria.’ Jezus kwam als kwetsbaar kind ter wereld. Hij is dienstbaar en straalt vriendelijk licht uit. Zo is Hij ons tot voorbeeld.
Inhoud
Het lied begint in het ‘feitelijke’ kerstevangelie uit Lucas 2: in Betlehem is een vorst geboren. In de tweede, derde en vierde strofe wordt de betekenis van Kerst verder geduid, vooral met verwijzingen naar oudtestamentische teksten: er komt licht, redding, recht, trouw, een nieuwe wereld. In de laatste strofe is Lucas 2 weer herkenbaar, met de engelen en de herders.
In de eerste strofe wordt de stad Betlehem aangesproken als de uitverkoren stad waarin de nieuwe koning geboren zal worden, een verwijzing naar Micha 5,1. Dit aanspreken van Betlehem is een bekend element in het kerklied.
In de tweede strofe is Jezus de redder: in duister, onzekerheid en pijn. In de woorden ‘het ondoordringbaar duister’ klinkt de profetie van Jesaja 8,21-9,3 door, de eerste lezing van de kerstnacht. In de derde strofe horen we de bekende oproep: ‘Hef uw hoofden op’ (Psalm 24,7,9, vergelijk Liedboek 435: ‘Hef op uw hoofden, poorten wijd’). Jezus is de nieuwe koning die grote veranderingen brengt, grenzen doorbreekt en het gekromde rechtmaakt. Strofe 4 refereert aan Psalm 85, ook een adventspsalm: ‘zijn glorie komt wonen in ons land, trouw en liefde omhelzen elkaar’ (85,10-11). De machtigen van de aarde zullen buigen voor dit kind. Hierin zijn de ‘wijzen uit het oosten’ herkenbaar, de magiërs die buigen voor het kind (Matteüs 2,11). In de laatste strofe keren we weer terug naar het verhaal uit Lucas 2, waar de engelen hun glorielied zingen voor de ‘herder der geringen’.
Melodie
De melodie is ouder dan de traditie van de festivals. Henry John Gauntlett (1805-1876) schreef in 1849 een carol met deze melodie. De tekst is van Francis Alexander (1818-1895). Oorspronkelijk werd het lied behoorlijk in tempo gezongen. Sinds het gezongen wordt als intochtslied van het ‘festival’ nemen de zangers de tred van de processie aan en wordt het tempo daardoor bepaald.
Kerstnacht in een donkere wereld
Soms voel ik mij koud en ineengedoken in een donkere wereld. Het jaar 2022 bracht dan wel veel zon, maar de tijden lijken duister en de toekomst voelt soms onheilspellend. Dan is het hoopgevend om in de kerstnacht dit lied te zingen. Het kan ook al eerder op de derde of vierde adventszondag, want vol verwachting zing ik de toekomst tegemoet:
“Hij doorbreekt de oude grenzen,
Hij maakt recht wat is gekromd.
Trouw en goedheid zullen wonen
In het land dat Hij bemint.”
Kampen, december
Henk Schaafsma
[1] Ik heb gebruik gemaakt van en geciteerd uit het Compendium bij Het Liedboek
https://www.liedboekcompendium.nl/lied/498-betlehem-o-uitverkoren-4_6_6