Liedboek 550
Verheug u, gij dochter van Sion
Dochter van Sion
1. Verheug u, gij dochter van Sion,
en jonkvrouw Jeruzalem, juich!
Uw koning rijdt binnen, het rijk gaat beginnen,
de zalige tijden, Hij komt ons bevrijden
rechtvaardig, zachtmoedig, de aarde zal spoedig
een bloeiende tuin zijn van vrede en recht,
de Heer heeft het heden gezegd.
2. Verheug u, gij dochter van Sion,
en jonkvrouw Jeruzalem, juich!
Hij zal u regeren met God en met ere.
De wagens, de paarden, de wapens, de zwaarden,
krijgszuchtige plannen, Hij zal ze verbannen,
Hij zal ze verdoen in zijn toorn en zijn recht,
het is van tevoren voorzegd.
3. Verheug u, gij dochter van Sion,
en jonkvrouw Jeruzalem, juich!
Zijn daden, zij zullen de aarde vervullen,
voor jood en voor heiden door dood en door lijden
draagt Hij met zich mede de blijdschap, de vrede,
Hij rijdt op een ezel. Hij lijdt als een knecht,
zo brengt Hij het leven terecht
tekst Willem Barnard, bij Zacharia 9,9-10
melodie Gerrit de Marez Oyens
Met Palmpasen rijdt de koning door de kerk!
Palmpasen of palmzondag staat voor de laatste zondag van de veertigdagentijd en het begin van de Goede of Stille Week. Een 16e-eeuwse traditie is dat kinderen op die dag een palmpasenstok in optocht de kerk indragen. Dit gebruik is na de reformatie ontstaan en kwam in de plaats van processies waarmee voor die tijd de intocht in Jeruzalem werd nagebootst. De palmpasenstok vertelt eigenlijk het verhaal van de laatste week van het leven van Jezus. Hij bestaat uit een kruis van hout waarop een broodhaantje staat. Het brood herinnert aan het laatste avondmaal dat Jezus die week zal vieren en aan de haan die driemaal kraait als Petrus zijn meester heeft verloochend.[1] Palmpasen verwijst zo naar de lezing van het evangelie op Palmzondag[2]: Jezus rijdt Jeruzalem binnen op een ezel. De menigte roept Hosanna en plukt palmtakken om zo de weg voor Jezus te plaveien: ‘Heel Sion draagt haar palmen als vaandels voor uw voet.’[3]
Jezus zet straks Jeruzalem op zijn kop: Hij rijdt Jeruzalem binnen op een ezel en reinigt even later het tempelplein van wat hij een rovershol noemt om daarna in de tempel blinden en verlamden te genezen: zo rijdt de koning door de kerk!
Het verslag van die gebeurtenis vinden we o.a. in Matteüs 21:1-17. Matteüs grijpt in vers 5 echter terug op Zacharia 9:9-10. Over die tekst heeft Willem Barnard ons een prachtig lied nagelaten: Verheug u, gij dochter van Sion.
De aanspraak van het lied is feestelijk en ook statig:
‘Verheug U, gij dochter van Sion
en jonkvrouw Jeruzalem, juich!’
Wie wordt daarmee bedoeld? Een jonkvrouw behoort tot de adelstand, Jeruzalem is de uitverkoren stad en Sion is de berg waar God woont. Ongetwijfeld spreekt Zacharia het volk van Israël aan met die eretitel. Ook Matteüs zal het volk van God bedoelen met zijn beschrijving. Spreekt hij ook de kerk van nu aan? Voel jij je aangesproken? Hoor je die stem die tot jou zegt:
‘Uw koning rijdt binnen, het rijk gaat beginnen.’ (1)
Ben je er klaar voor? Het voorspelt veel goeds:
‘Hij komt ons bevrijden,
rechtvaardig, zachtmoedig, de aarde zal spoedig
een bloeiende tuin zijn van vrede en recht.’ (1)
Geloof je het niet, laat jij je niet zomaar overtuigen? Dat kan ik goed begrijpen in deze geopolitiek onveilige en onrustige tijden. Het zijn niet de woorden van Poetin, Trump, Macron, Xi Jinping of Netanyahu.
Zacharia profeteert over Christus Jezus:
‘Hij zal u regeren met God en met ere’ (2)
En je kunt het weten, je hoeft niet verbaasd te staan:
‘De Heer heeft het heden gezegd’ (1) en
‘het is van tevoren voorzegd.’ (2)
Wat gaat Hij dan doen met die machthebbers van deze tijd?
‘Hij zal ze verdoen in zijn toorn en zijn recht,
(Hun) krijgszuchtige plannen, Hij zal ze verbannen.’ (2)
Hij komt met een nieuwe wereldorde en Hij komt met macht:
‘Zijn daden, zij zullen de aarde vervullen,
voor jood en voor heiden door dood en door lijden
draagt Hij met zich mede de blijdschap, de vrede.’
Het lijkt wel een kerstboodschap! Dat klopt ook, want oorspronkelijk schreef Willem Barnard dit lied voor Advent. Om zo de verbinding tussen kribbe en kruis tot stand te brengen. In adventstijd zingen we toch ook vaak Psalm 2? De kwetsbaarheid van het kind in de kribbe komt ook hier weer duidelijk aan het licht. Want kijk daar die koning die Jeruzalem binnenrijdt. Zit Hij hoog te paard, vorstelijk in het zadel? Dat valt even tegen!
‘Hij rijdt op een (geleende) ezel. Hij lijdt als een knecht.’ (3)
Hij zet je op het verkeerde been, geen pracht en praal. Hij lijkt wel een ‘loser-koning’. Later legt Paulus het uit in Filippenzen 2:5-11. Hij vernederde zich tot de dood aan het kruis. Om vervolgens na zijn opstanding door zijn Vader verhoogd te worden. Daarmee brengt Hij de nieuwe wereldorde binnen:
‘Zo brengt Hij het leven terecht.’ (3)
Willem Barnard schreef een prachtig lied, dat bol staat van rijm, woordspeling en schriftverwijzingen.[4] Gerrit de Marez Oyens componeerde er een even mooie melodie bij. Die moet je met vaart zingen, in draf zou ik zeggen. Maar verkijk je niet, houd de teugels strak, want anders sla je op hol en raak je aan het einde buiten adem. Zelf voerde ik dit lied ooit met schoolklassen uit met ritme-instrumenten die ze zelf bij handvaardigheid hadden gemaakt.
Je kunt het lied in de adventstijd zingen. Nu staat het voor Palmzondag op de agenda. Zing je het mee terwijl de kinderen met de palmpasenstok de kerk binnenkomen? Roep je welgemeend: ‘Hosanna voor de Zoon van David! Gezegend Hij die komt in de naam van de Heer. Hosanna in de hoogste hemel!’ (Matteüs 21:9) Of hoor je bij die mensen die later in die stille week als een blad aan een boom omdraaien:
‘Heden Hosanna, morgen kruisig Hem.’ [5]
Kampen, maart 2024
Henk Schaafsma
[1] https://lekkertafelen.nl/specials/palmpasen/
[2] Matteüs 21:1-11; Marcus 11:1-10; Lucas 19:28-40
[3] Liedboek 441:2
[4] Meer hierover in: https://www.liedboekcompendium.nl/lied/550-verheug-u-gij-dochter-van-sion-5_1_6
[5] Liedboek voor de kerken 173. Alles wat over ons geschreven is.