“Welk voordeel heeft de mens van alles wat hij verworven heeft,
van al zijn moeizaam gezwoeg onder de zon?”
Prediker 1: 3
Dat blijft een constante vraag
bij wat we in het dagelijkse leven aan het doen zijn:
wat levert het op?
Wat brengt het mij? Wat heb ik eraan?
De visites, buurtbarbecues, dagen op kantoor,
het wachten in ziekenhuizen, de vakanties, het huiswerk.
De dagen galopperen voorbij als ongetemde paarden,
de weken vliegen voorbij als ongekooide vogels.
En te midden van dit wegglijden van de tijd,
blijft de vraag overeind staan. Wat levert het allemaal op?
Word ik er gelukkig van? Blij? Wijzer? Geloviger?
Moediger? Dunner? Groener? Rijker? Rustiger?
Wellicht daarom dat tijd steeds kostbaarder wordt.
En het dus zaak is om er efficiënt mee om te gaan.
Nuttig, economisch, gericht en praktisch.
Alsof het zo is. Alsof wij als mensen het diepe besef hebben
van wat normaal of raar is. Alsof het aan ons is om te bepalen
wat leugenachtig of waar is?
Jan Spoelstra