“Alles is vermoeiend, zozeer dat er geen woorden voor te vinden zijn”
Prediker 1: 8a
Het schijnt een voorwaarde te zijn om iets te bereiken:
te beschrijven wat je wilt doen.
Of in ieder geval er woorden aan te geven:
aan onze bedoelingen, onze ideeën, onze acties.
Wanneer we elkaar met woorden niet informeren,
hoe zouden ze immers ooit tot stand zijn gekomen:
onze wetboeken, de menukaarten, de heilige geschriften.
Zouden we dezelfde voortgang hebben gekend?
Dezelfde welvaart, vrede, gezondheid en wetenschap?
En hoe zouden we met elkaar kunnen samenleven als
we niet kunnen uitleggen wat dat is: solidariteit, trouw?
Wat beschrijvingen kunnen teweegbrengen:
betere werelden, nieuwe stijlen.
Maar wat woorden niet vermogen.
Als het leven te hoog is, of juist te laag.
Wanneer de dagen ons de mond snoeren,
wanneer de tijden ons verbrijzelen.
Dan zul je merken hoe onopvallend
ze naast je komen te staan.
De stilte als een gestold vertrouwen.
Het zwijgen als een manifest geloof.
Jan Spoelstra