“Het moet u tot grote blijdschap stemmen, broeders en zusters,
als u allerlei beproevingen ondergaat.”
Jacobus 1:2
Soms dromen we dat het zo zal gaan.
We willen iets groots bereiken, iets monumentaals.
En ergens hopen we, dat het ons aan komt waaien,
dat we er geen moeite voor hoeven te doen.
Als door een wonder worden alle moeite,
alle pijn, alle inspanning, alle frustratie
van ons afgenomen, bij ons vandaan gehaald.
We worden als op handen gedragen.
Omdat we zo geweldig zijn, zo fantastisch?
Omdat we zo bijzonder, zo uitverkoren zijn?
Als we wakker worden ervaren we de realiteit:
er komt ons helemaal niets aanwaaien,
we worden helemaal niet op handen gedragen.
Als we iets willen bereiken, iets monumentaals,
we zullen er keihard voor moeten knokken.
Wie denkt uitverkoren te zijn, komt bedrogen uit.
Wie ooit afgewezen is, komt als winnaar uit de strijd.
Jan Spoelstra