Paulus vergelijkt in Efeziërs 2 onze situatie zoals die was na de zondeval met de situatie na de betaling door Christus. En dan komt hij met een verstrekkende conclusie, niet iets wat ooit eens gaat gebeuren, maar wat nu al feitelijk is. In vers 6 schrijft hij: “Hij heeft ons samen met Hem tot leven gewekt en ons een plaats gegeven in de hemelsferen, in Christus Jezus.“ Het staat er: God heeft ons een plaats gegeven in de hemelsferen, samen met Christus, samen met de gelovigen van alle tijden, vanaf Adam tot en met ???
U en ik: wij mogen nu al genieten van de hemelsferen, en als ik me daarbij iets probeer voor te stellen dan springt het geluk op mij af. Door genade ben jij en ben ik gered. Door die genade bent u nu immers gered, doordat u gelooft. Geen verdienste, geen prestatie van jou of van mij, nee, enkel genade, een geschenk van God.
In de Heidelbergse Catechismus wordt de vraag gesteld: “Wat hebben wij aan de hemelvaart van Christus?” (vr. 49), de Catechismus volgt hier de Apostolische Geloofsbelijdenis, waar artikel 6 spreekt: “opgevaren naar de hemel, en zit aan de rechterhand van God, de almachtige Vader.” Het antwoord op de vraag in de Catechismus luidt dan:
1. Hij is in de hemel onze Voorspraak bij Zijn Vader.
2. Christus is als mens in de hemel. Dit geeft ons de zekerheid dat Hij ons daar tot Zich zal nemen. Wij behoren namelijk tot hetzelfde lichaam: Christus is het Hoofd en wij zijn de lichaamsdelen.
3. Christus heeft zijn Geest tot een onderpand gegeven. Door de kracht van de Geest zoeken wij de dingen die boven zijn, waar Christus zit aan de rechterhand van God.
Let er op dat er in punt 2 staat, dat Christus als mens in de hemel is. Met Kerst kwam Hij als mens naar de aarde, als mens heeft Hij daar gewerkt, als mens heeft Hij geleden, als mens is Hij door de Vader uit de klauwen van de dood bevrijd, als mens is Hij naar de hemel gegaan, voor de ogen van zijn leerlingen. Als mens is Hij nu in de hemel en niet meer op aarde en toch is het waar wat Hij gezegd heeft, dat Hij bij ons zal zijn tot het einde van de aarde. Want Hij is tegelijkertijd ook God, samen met de Vader en de Geest. Wonderlijk en niet in menselijke logica te vatten. Maar achter dit mysterie zit dus die waarheid die Paulus hierboven heeft beschreven: God heeft ons samen met Christus een plaats gegeven in de hemelsferen. De zondag tussen Hemelvaart en Pinksteren heet wel “wezenzondag”, een verwijzing naar de uitspraak van Jezus als Hij zegt: Ik laat jullie niet als wezen achter, maar zal mijn Geest zenden. Wat een heerlijke, triomfantelijke overwinning op al het kwaad, het kwaad van vroeger en van vandaag, het kwaad bij anderen en bij onszelf. Zo staat het in de verzen 4 en 5 van Efeziërs 2: “Maar omdat God zo barmhartig is en de liefde die Hij voor ons heeft opgevat zo groot, heeft Hij ons, terwijl wij allen dood waren door onze zonden, samen met Christus levend gemaakt. Door genade bent u gered!“
Ik wens jullie allemaal mooie overwinningsfeesten toe.
Koos Lange