In de vier evangeliën wordt de hemelvaart van Jezus uiterst summier beschreven: Matteüs en Johannes noemen het feit niet eens, Marcus volstaat met “Nadat Hij dit tegen hen had gezegd, werd de Heer opgenomen in de hemel en nam Hij plaats aan de rechterhand van God.” Ook Lucas is zuinig met woorden bij dit heilsfeit: “En terwijl Hij hen zegende, ging Hij van hen heen en werd opgenomen in de hemel.” In het boek Handelingen wordt het iets uitvoeriger beschreven: daar wordt de wolk genoemd die Jezus aan de ogen van de discipelen onttrok en de aansporing van de engelen.
Er wordt wel vermeld wat de reactie is van de discipelen, nadat ze Jezus hadden zien “weggaan”: Marcus vertelt: “En zij gingen op weg om overal het goede nieuws te verkondigen. De Heer hielp hen daarbij en zette hun verkondiging kracht bij met de tekenen die ermee gepaard gingen.” Lucas noteert: “Ze aanbaden Hem en keerden in grote vreugde terug naar Jeruzalem. Ze waren voortdurend in de tempel, waar ze God loofden.” En ook in het boek Handelingen lezen we hoe de volgelingen de dagen na de hemelvaart doorbrachten: “Eensgezind wijdden ze zich aan het gebed, samen met de vrouwen en met Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broers.”
Wij leven zo’n 2000 jaar na het feit van Jezus’ hemelvaart en vieren dat elk jaar opnieuw. We weten dat het 10 dagen later Pinksteren zal zijn, en anders dan de discipelen hebben we ook niet persoonlijk, lijfelijk met Jezus opgetrokken, zijn geen ooggetuige geweest van zijn werk en aanwezigheid, ook niet van zijn opstanding en verschijningen. Maar die discipelen wel; zij waren dicht bij Hem geweest, zij hebben zijn liefde gevoeld en gezien, zij hebben van hun kant ook Hem liefgehad. Dus je zou verwachten dat het afscheid van Jezus hen met groot verdriet en een pijnlijke leegte zou achterlaten. Maar dat proef je niet in wat je leest aan reacties: ik zie zelfs “grote vreugde” staan!
Grote vreugde bij het afscheid van een geliefde; het lijkt zo tegenstrijdig, zo onmenselijk.
Om erachter te komen waar deze tegennatuurlijke reactie op gebaseerd is, lees ik even terug in wat Jezus zelf hierover zegt (Johannes 16): “Het is nuttig voor u dat ik wegga, want als ik niet wegga, zal de Trooster niet naar u toe komen; maar als ik heenga, zal Ik Hem naar u toe zenden.” En hoewel Matteüs de hemelvaart zelf niet beschrijft, noteert hij wel hoe Jezus na zijn opstanding de discipelen heeft bemoedigd: “Jezus kwam dichterbij en zei tegen hen: ‘Mij is alle macht gegeven in de hemel en op de aarde. Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest, en hun te leren dat ze zich moeten houden aan alles wat Ik jullie opgedragen heb. En houd dit voor ogen: Ik ben met jullie, alle dagen, tot aan de voltooiing van deze wereld.’”
Vooral die laatste zin “Ik ben met jullie” verklaart waarom het afscheid geen afscheid was; Jezus heeft beloofd onafscheidelijk verbonden, ja aanwezig, te zijn in het leven van zijn volgelingen. Eerst nog een handjevol, maar zoals Marcus schrijft: “En zij gingen op weg om overal het goede nieuws te verkondigen. De Heer hielp hen daarbij en zette hun verkondiging kracht bij met de tekenen die ermee gepaard gingen.” Nu, 2000 jaar later, wordt er nog steeds gewerkt aan het volmaken van die onafzienbare menigte, die niemand tellen kon, uit alle landen en volken, van elke stam en taal. In het wit gekleed en met palmtakken in hun hand stonden ze voor de troon en voor het lam.
Jezus belooft aanwezig te zijn in jouw en mijn leven. Concreet doet Hij dat door de Geest in jou en mij te laten wonen. Voel je dat? Merk je dat? Ik eerlijk gezegd heel vaak niet. Ik zou het wel wat meer willen voelen. Daarom bid ik er om: Heilige Geest van God, kom hier in ons midden, dan zullen wij aanbidden, de Vader, de Zoon en de Geest.
Koos Lange