Langzamerhand komen er meer mogelijkheden voor intermenselijk verkeer. In het openbare leven, in het kerkelijk leven, in de familieverbanden.
Meer vrijheid om bij elkaar te zijn. Meer ruimte voor echte fysieke ontmoeting.
Tegelijk wordt ons dringend geadviseerd om ruimte te laten tussen jou en de ander, en wel anderhalve meter.
Ik vroeg me af: hoe zou dat in de hemel functioneren? Ik weet best dat daar geen virussen rondwaren, maar er is daar zoveel ruimte, oneindig toch?
Ruimte en vrijheid zijn begrippen die erom vragen om gebruikt te worden. We zijn niet bevrijd om vervolgens weer ergens slaaf van te worden. We hebben geen ruimte gekregen om vervolgens in ons kleine hoekje te kruipen.
We zijn vrij om God en elkaar te dienen, heerlijke vrijheid.
We hebben ruimte om anderen iets te laten zien van onze rijkdom. En dan is ook nog de zomervakantie aangebroken. Een periode om vrij te zijn, geen dagelijkse beslommeringen, geen volle agenda, ruimte om tot rust te komen.
De invulling van de vakantie zal voor velen wat anders zijn dan voorgaande jaren. Toch hoop ik dat er genoten kan worden van de rust, de ruimte, de vrijheid die God geeft aan kinderen en ouders, aan leraren en leerlingen, aan catecheten en catechisanten, aan dominees en kerkleden, ja aan ons allemaal.
En laten we met elkaar God smeken, dat het virus niet de kans krijgt om opnieuw voor onvrijheid en beperkte bewegingsruimte te zorgen.
Koos Lange